Home > Sport > Racketsport > Tennis
Tennis
Sta je op het punt om te beginnen met tennis, of ben je toe aan een nieuw racket? Dan merk je al snel dat het aanbod overweldigend is. Geen zorgen: we helpen je graag op weg om de juiste keuze te maken. Met een goed racket leer je sneller, speel je prettiger én voorkom je blessures. Hieronder leggen we uit waar je op moet letten bij het kiezen van een racket dat bij jou past.
Welk tennisracket past bij jou?
Gewicht van het racket
Als beginnende speler is het verstandig om niet te kiezen voor een te zwaar racket. Je moet dan denken aan een racket van ongeveer 260 tot 280 gram. Dit gewicht is makkelijk te hanteren en minder belastend voor je arm. Kies voorlopig niet voor zwaardere rackets boven de 285 gram, want de kans op overbelasting van je arm is dan serieus aanwezig. Deze zwaardere rackets zijn meer geschikt voor gevorderde spelers die zelf meer kracht kunnen geven. Vergevorderde spelers kiezen zelfs vaak voor rackets van 300 gram of zwaarder.
Bladgrootte (head size)
De grootte van het racketblad bepaalt deels hoe vergevingsgezind je racket is. Voor een goede techniekontwikkeling raden we een bladgrootte aan van 100 tot 107 inch². Kies je voor een groter blad (107 tot 110 inch², oversized), dan ervaar je meer comfort en speelgemak, vooral als je de bal nog niet altijd perfect raakt.
Balans van het racket
De balans van een racket bepaalt hoe het gewicht verdeeld is en beïnvloedt de wendbaarheid en het speelgevoel. Voor beginnende spelers is een racket dat te ‘kopzwaar’ is – waarbij het zwaartepunt meer richting de bovenkant ligt – vaak lastig te hanteren.
Een headlight racket, waarbij het gewicht dichter bij het handvat zit, voelt lichter aan en is makkelijker te controleren. Ideaal voor wie net begint of behoefte heeft aan meer gevoel in het spel.
Een balanspunt van ongeveer 320 mm, gemeten vanaf de onderkant van de grip richting de top van het racket, is voor veel spelers een prettige middenweg. Dit type balans is populair bij allround spelers omdat het een goede combinatie biedt van controle en kracht.
Lengte van het racket
De standaard lengte van een tennisracket is 27 inch; voor de meeste spelers is dit een goede maat. Er zijn ook iets langere rackets verkrijgbaar, die zorgen voor net iets meer slagkracht en bereik. Houd er wel rekening mee dat langere rackets lastiger te controleren zijn, zeker als je nog geen geoefende speler bent.
Gripmaat
Let erop dat je gripmaat niet te dik of te dun is, omdat dit kan leiden tot blessures zoals een tennisarm. Je bepaalt de juiste gripmaat door het racket vast te houden: er moet ongeveer één vingerbreedte ruimte zitten tussen je handpalm en je vingers.
Snarenpatroon
Het snarenpatroon van een racket heeft invloed op je spel. Een patroon met 16 snaren in de lengte (main) en 19 snaren in de breedte (cross) geeft je meer kracht en spin. Dit patroon komt het meest voor en is geschikt voor zowel beginnende als gevorderde spelers. Een dichter patroon, zoals 18x20, geeft juist meer controle, maar is vooral geschikt voor de meer ervaren speler.
Professionele bespanservice
Wist je dat je snaar zelfs zonder te spelen spanning verliest? Door uitdroging neemt de elasticiteit en veerkracht van de bespanning langzaam af. Daarom adviseren we om je racket minimaal één keer per jaar opnieuw te laten bespannen, of vaker als je regelmatig speelt.
Bij ons ben je aan het juiste adres voor een professionele bespanning van je tennis-, badminton- of squashracket. We werken met een breed assortiment snaren van topkwaliteit, afgestemd op verschillende speelstijlen en wensen. Of je nu op zoek bent naar meer controle, extra power of een duurzame snaar die langer meegaat – wij helpen je graag met persoonlijk advies en de juiste snaarkeuze.
Tennisballen; van gasgevulde tot drukloze exemplaren.
Wat maakt deze stuiteraars zo uniek?
Ondanks dat ze veel op elkaar lijken zijn er wel degelijk verschillende soorten tennisballen. Eenvoudig in te delen in gasgevulde (pressurized) ballen en drukloze ballen (pressureless). Vrijwel ieder tennisballen merk maakt deze 2 soorten. Maar wat zijn nou exact de verschillen en waar kies je voor?
Het grootste verschil zit hem in het comfort en de duurzaamheid.
Laten we beginnen met de eigenschappen van de gasgevulde ballen. Gasgevulde ballen geven veel gevoel en spelen met een hoog comfort. Daarnaast zijn ze armvriendelijk.
Echter is de duurzaamheid beperkt. De wanden van deze ballen zijn iets dunner dan een drukloze bal. Hierdoor loopt het gas er heel erg langzaam uit zodra je ermee gaat spelen. Bedenk, als je een recreatieve speler bent, dat de ballen dan 2 à 3 wedstrijdjes meegaan. In de praktijk wordt er veel langer mee doorgespeeld, maar je merkt dat de ballen hun stuitkracht verliezen. Zo moet je steeds meer naar de bal toekomen en komen ze ook nauwelijks meer van de grond. Dit geeft als resultaat dat je diep door de knieën moet om erbij te komen. Bij veel toernooien en competities worden de gasgevulde ballen gebruikt. Dit laatste is soms afhankelijk van de baansoort.
Drukloze ballen hebben een iets dikkere wand en zijn uiteraard niet gevuld met gas. Ze kunnen dus ook niet leeglopen. De duurzaamheid is daarmee echter niet oneindig, maar ze gaan wel beduidend langer mee. De stuitkracht is dan ook veel langer gegarandeerd. Het comfort van een drukloze bal is wel minder dan een gasgevulde bal.
Vanwege de duurzaamheid worden deze ballen graag gebruikt door de beginnende speler en uiteraard door de tennisleraren die daar vele uren mee moeten werken. Maar ook deze ballen slijten op een gegeven moment, waardoor ze steeds sneller worden. Daarnaast teert de rubberen wand ook uit, met als resultaat een harder wordende bal. Met andere woorden: dit is een mooi moment om ze te vervangen.
Tennisballen voor kinderen
Naast de 2 soorten tennisballen zijn er voor de kinderen ook nog verschillende ballen. De ‘stageballen’ zijn ontwikkeld om de techniek beter aan te leren. Deze ballen hebben een aangepaste snelheid en stuit. Ook het gewicht is aangepast waardoor er geen overmatige armbelasting is.
Er zijn 3 soorten stageballen:
- Voor de allerkleinsten (5-7 jaar) is er de stage 3 bal. Dit is een foam bal met een lage stuit. Hierdoor hebben de kinderen meer tijd om de slag te ontwikkelen. Daarnaast is deze bal groter dan een standaard tennisbal.
- Voor de kinderen tussen de 7 en 9 jaar is er de stage 2 bal. Deze bal geeft een iets hogere stuit dan een stage 3 bal en heeft de standaard grootte.
- Voor de kinderen tussen de 9 en 12 jaar zijn er de stage 1 ballen. Deze bal heeft een nog hogere stuit dan een stage 2 bal, maar minder dan een gewone tennisbal. Ook deze bal heeft de standaard grootte.
Hoe weet je of je tennisballen toe zijn aan vervanging?
Check je bal door erin te knijpen. Als de bal erg zacht aanvoelt is het klaar met de bal. Daarnaast kan je de bal laten stuiten; als deze amper van de grond afkomt is ook het beste eraf. Soms zie je ook kleine scheurtjes ontstaan tussen het vilt en de verbindingsnaad. In al deze gevallen is het tijd voor nieuwe ballen.
Soorten zolen van tennisschoenen
Tennisschoenen hebben verschillende soorten zolen, speciaal afgestemd op de ondergrond waarop je speelt:
- Omni-zool (kunstgraszool)
Deze zool heeft een grof, nopachtig profiel dat zorgt voor goede grip en stabiliteit op zachte ondergronden zoals kunstgras. Door het profiel glijd je minder snel uit en beschadig je de baan niet. - Clay-zool
Met een grof geribbeld visgraatprofiel biedt deze zool optimale grip op gravelbanen. Tegenwoordig is de clay-zool ook erg allround en presteert hij goed op meerdere ondergronden, zoals Smashcourt en Redcourt. Zelfs op kunstgras geeft deze zool voldoende grip. - Allcourt-zool
Geschikt voor verschillende soorten banen, zoals kunstgras en harde banen (zoals asfalt of beton). Soms wordt deze zool ook wel de ‘hardcourt-zool’ genoemd.
Nadeel: Omdat de allcourt-zool voor meerdere ondergronden geschikt is, biedt hij op sommige banen iets minder grip of duurzaamheid dan zolen die specifiek voor één type ondergrond zijn ontworpen. - Tapijtzool
Deze zool heeft geen profiel en is speciaal ontworpen voor indoorbanen met tapijt. De tapijtzool beschadigt de vloer niet en zorgt toch voor voldoende grip.